Na het bekende ontbijt vertrekken we met de auto naar Pinar
del Rio, een klein stadje 25km verderop. Via een mooie kronkelige weg door de
heuvels, komen we na een half uur aan in het centrum. We parkeren de auto in
een zijstraat van de hoofdstraat maar vanwege een totaal vervaagde gele
stoeprand vraag ik voor de zekerheid nog even bij het aangrenzende hotel of het
ok is daar te parkeren. Geen probleem zegt de vriendelijk receptioniste in
gebroken Engels.
We hebben geen idee wat we willen zien al weten we wel dat
er ook hier vanuit de koloniale tijd een paar mooie verwaarloosde bouwwerken te
bewonderen zijn. Na wat research weten we dat hier ook een sigaren fabriekje
zit. Mijn telefoon met gps weet ons te vertellen waar deze te vinden en voor we
het weten staan we voor de deur. Helaas komt er net een bus vol toeristen aan
en wij besluiten eerst door te lopen naar een likeur fabriek verderop.

Aan de buitenzijde is niet te  zien dat hier op ambachtelijke wijze likeur
gemaakt wordt met 40% alcohol. Ik loop naar binnen en vraag een vrouw of ik een
rondleiding kan krijgen. Even geduld, gebaard ze, en komt even later terug met
een collega die ons direct meeneemt naar achteren in de fabriek. Het proces
wordt ons kort maar krachtig uitgelegd en kijkend naar alle vaten kunnen we ons
een voorstelling maken hoe van een bes een likeur gemaakt wordt. We eindigen in
de ruimte waar de flessen gevuld worden. Ten minste, de lijn staat nu stil.
Deze

gaat pas weer lopen als het spul genoeg gegist is. Na het proeven verlaten
we de fabriek met een brandende keel en gaan op weg naar de sigaren fabriek.

Tassen worden niet toegelaten en fotograferen mag niet. We
kunnen onze spullen netjes aan de overkant van de straat in de sigarenwinkel in
kastjes opbergen.
Ook hier een korte en  krachtige uitleg over de wereld van de sigaar.
Een ruimte vol mannen en vrouwen rollen tussen de 100 en 150 sigaren per dag. De
sfeer en geur van tabaksbladeren doet mij denken aan de tijd bij Laurens sigaretten
fabriek. Ook de kwaliteitscontrole roept herinneringen op.
De verpakkingsafdeling is niet toegankelijk voor publiek,
maar we kunnen nog wel de dames zien die de bladeren op kwaliteit sorteren
voordat de sigaren gerold worden.
Op de terugweg naar Vinâles maken we een tussenstop bij een
uitkijkpunt over de vallei. Een plaatselijk paladares brengt ons wat verkoeling
in de schaduw en we brengen ons vocht niveau op pijl. Omdat men alleen complete
maaltijden serveert en geen kleine snacks besluiten we door te rijden naar
vinales.

Voordat we neerstrijken op een kleurig terrasje nabij een
druk kruispunt nemen we nog een kijkje bij mural de la prehistoria. Dit in
opdracht van Castro gemaakte schilderwerk op een rotswand moet de evolutie van
de socialistische mens voorstellen.
Mannen op plankjes aan touwen houden dit
schilderwerk bij, maar wij zien geen activiteit. De muurschildering zelf heeft
iets weg van een kleuterschool project uit de jaren 60 en de enige meerwaarde
voor Cuba is de entree gelden die waarschijnlijk bij de speciaal aangelegde weg
geheven worden. Wij houden het voor gezien en keren terug naar vinales.

 Het is warm maar gelukkig
waait er wat wind over het kleine terras. De koffie met melk smaakt goed alhoewel
ik er niet koeler van word. Het is de perfecte plek om straatbeelden te fotograferen
en ik neem de tijd om verschillende plaatjes te schieten van voorbijgangers in
oude auto’s, met paard en wagen of andere zelf gemodificeerde voertuigen.

Echt trek hebben we niet, maar een belegd broodje als
avondeten gaat er wel in en we besluiten een poging te wagen bij een terras
verderop. De grill staat aan en de muziek klinkt prima. Met grote zorg wordt
een stuk tonijn op de bbq klaargemaakt die ik later terug vind tussen mijn
geroosterde broodjes.

We sluiten de avond af met een zonsondergang bij het
uitkijkpunt.

Sigaren en Alcohol

Berichtnavigatie


Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *