Vandaag even lekker uitslapen. Om half tien hebben we afgesproken om naar ons stamrestaurant in het oude centrum te gaan. We zijn de eerste klanten en bestellen weer een lekker westers ontbijt. Chinese lunch en diner is erg lekker, maar het ontbijt vind ik onsmakelijk.
Na het ontbijt gaan we fietsen huren en proberen we de pagodes aan de voet van de berg te bezoeken en van daaruit naar het meer te fietsen. We zijn met een groep van 10 mensen en ik heb een verhuurder gevonden die voor 20 yuan per dag een fiets verhuurd. Na het selecteren van de fietsen en het nodige papierwerk kunnen we op pad. Het is inmiddels gaan regenen, maar de temperatuur is goed. Ik hoop dus maar dat de bui snel overdrijft. Met de net gekochte kaart bepalen we waar we heen moeten en gaan op pad. We fietsen de stadspoort uit en fietsen over een grote brede weg richting de berg toen het noodlot toesloeg. Een aanstormende auto van rechts doet de groep abrupt stoppen, echter Joyce knijpt zo hard in haar remmen dat ze over de kop vliegt en met een smak op de grond beland. Hierdoor valt de achteropkomende Victoire ook en het feest is compleet. Snel als we kunnen schieten we te hulp, en gelukkig blijkt al gauw dat er niets gebroken is. Wel hier en daar flinke beurse plekken en wat schaafwonden. Bikkels als ze zijn stappen Joyce en Victiore op de fiets en we fietsen verder.
Het begint nu harder te regenen en de regenjasjes komen te voorschijn. Even later komen we bij de pagodes aan om mooie foto’s te maken. Ook zien we dat de weg naar een rotonde is opgebroken. Dit moet de dag ervoor zijn gebeurd want onze bus is daar nog overheen gekomen. We zullen dus moeten klimmen met de fiets op de nek. Als we dit obstakel hebben overwonnen staat ons niets meer in de weg om op pad te gaan naar het meer. Het weer wordt ook beter dus de jasjes kunnen weer uit. We besluiten de rivier te volgen tot aan het meer. Dit is een mooi keien weggetje door de rijst- en maïsvelden. Wanneer de rivier zich splits kiezen we er voor om door een dorpje te fietsen en daar de weg te vragen. In dit dorp is de armoe weer te herkennen, oude vrouwtjes met manden of karren en oude versleten huisjes met een hoop rommel rondom. De straatjes zijn smal en half verhard. De geur is een mengelmoes van kookkruiden, riool en vee. De mensen zijn vriendelijk en nieuwsgierig.
Op een soort pleintje worden we door een vrouwtje de smalle straatjes ingestuurd totdat we bij een maisveld uitkomen. Een bouwvakker gebaard ons dat we door kunnen fietsen langs zijn in aanbouw zijnde schuur/huis. Ivo gaat voorop het maïsveld in. Het is een verhoogd paadje door het maïsveld zonder enigszins te weten waar het eindigt. Ik voel de natte bladeren langs mij heen gaan en blijf geconcentreerd op het smalle pad fietsen. Ik voel de brandnetels lang mijn hand schuren maar afstappen komt niet in mij op. Ik hoor Ivo voor mij roepen dat het einde in zicht is, en we belanden op een breed pad vlak voor een ander dorp. Achter mij hoor en zie ik niets en vraag me af of de groep dit gaat redden. Plotseling komen één voor één de anderen uit het maïsveld te voorschijn, iedereen met een eigen verhaal.
Het begint nu harder te regenen en de regenjasjes komen te voorschijn. Even later komen we bij de pagodes aan om mooie foto’s te maken. Ook zien we dat de weg naar een rotonde is opgebroken. Dit moet de dag ervoor zijn gebeurd want onze bus is daar nog overheen gekomen. We zullen dus moeten klimmen met de fiets op de nek. Als we dit obstakel hebben overwonnen staat ons niets meer in de weg om op pad te gaan naar het meer. Het weer wordt ook beter dus de jasjes kunnen weer uit. We besluiten de rivier te volgen tot aan het meer. Dit is een mooi keien weggetje door de rijst- en maïsvelden. Wanneer de rivier zich splits kiezen we er voor om door een dorpje te fietsen en daar de weg te vragen. In dit dorp is de armoe weer te herkennen, oude vrouwtjes met manden of karren en oude versleten huisjes met een hoop rommel rondom. De straatjes zijn smal en half verhard. De geur is een mengelmoes van kookkruiden, riool en vee. De mensen zijn vriendelijk en nieuwsgierig.
Op een soort pleintje worden we door een vrouwtje de smalle straatjes ingestuurd totdat we bij een maisveld uitkomen. Een bouwvakker gebaard ons dat we door kunnen fietsen langs zijn in aanbouw zijnde schuur/huis. Ivo gaat voorop het maïsveld in. Het is een verhoogd paadje door het maïsveld zonder enigszins te weten waar het eindigt. Ik voel de natte bladeren langs mij heen gaan en blijf geconcentreerd op het smalle pad fietsen. Ik voel de brandnetels lang mijn hand schuren maar afstappen komt niet in mij op. Ik hoor Ivo voor mij roepen dat het einde in zicht is, en we belanden op een breed pad vlak voor een ander dorp. Achter mij hoor en zie ik niets en vraag me af of de groep dit gaat redden. Plotseling komen één voor één de anderen uit het maïsveld te voorschijn, iedereen met een eigen verhaal.
We vervolgen na de plaspauze in het maïsveld onze weg, en fietsen het andere dorp in. Daar komen we langs een oude tempel die door de dorpelingen nog in gebruik is en ook dienst doet als buurthuis. Na wat foto’s fietsen we verder en zien we via een zijstraat het meer. Hier op de “kade” is een kleine pier gebouwd waar je mooie plaatjes kan schieten. In de verte zien we bootjes vertrekken naar de overkant van het meer. Daar aangekomen blijkt dat we weer in de toeristische wereld zijn beland. Of we even willen betalen voor het stallen van onze fiets. “Grappenmaker” zei ik, en fietste door naar een stalletje waar wat eten bereid werd. We plaatsen onze fietsen tegen een lantarenpaal en besluiten daar wat snacks te eten. Het stalletje heeft vis, vogels, inktvis en veel meer. Levend te verstaan. Wanneer je de vis besteld wordt deze even uit het met water gevulde teiltje gehaald en doodgeslagen tegen de straat. Op die straat word de vis schoongemaakt en beland gekruid en wel op de BBQ. Verser kan niet, maar of het diervriendelijk is weet ik niet. In ieder geval niet voor de 2 vogels die met een touwtje aan de tafel vast zitten, wachtend op de volgende klant. Voor ons bruut, voor de chinezen heel gewoon. Ik neem een bakje gefrituurde aardappelstukjes, dit vult goed en hoeft niet te worden doodgeknuppeld.
Na de lunch gaan we terug richting de stad. Onderweg komen we een complete nieuwbouwwijk tegen met een soort winkelcentrum eraan vast die volledig leeg staat. Het lijkt wel een spookstad. Blijkbaar zijn de panden te duur, en dan blijft het dus leeg. Zonde!
Na 20 minuten bereiken we de oude stad en leveren de fietsen weer in. Ik ga lekker naar het hotel terug terwijl Kim met wat anderen zich laten masseren in een salon waar dove en blinde masseurs werken.
In de avond is het weer eten bij ons stamrestaurant. Ik ben moe en ga met Joyce terug naar ons hotel. Ivo besluit nog even zijn in de middag gekochte vuurwerk af te steken. Een 6 seconden durende rits knallers die in de locale fietsverhuur wordt verkocht voor 20 eurocent. Ook dit is China en moet je een keer doen.
28 juli 2011, dag 19